CINEMA CORONA #116: MASCULIN, FÉMININ (Jean-Luc Godard)

masculin_feminin_godard

UPDATE: Deze film was maar tijdelijk beschikbaar, en is niet langer te bekijken.
Maar in onze CINEMA CORONA zijn nog tal van andere boeiende titels te ontdekken.

—-
Gisteren 90 (jawel: negentig!) geworden: Jean-Luc Godard.

Dat mogen we in CINEMA CORONA natuurlijk niet zomaar laten passeren, en dus: ‘MASCULIN, FÉMININ’, één van dat rijtje compleet baanbrekende films die hij tussen 1960 en 1967 maakte, voor hij een iets té stevige tik van de communistische molen kreeg en zijn eigen carrière dynamiteerde.

In ‘Masculin, Féminin’ gooide Godard alle toen geldende regels van plot, montage en spanningsopbouw overboord, voor een speels, grappig en ook na meer dan 50 jaar nog altijd fris ogend portret van de Parijse jeugd anno 1966 – twee jaar voor de studentenrevolte.

Centraal staan Paul en Madeleine, fantastisch vertolkt door Jean-Pierre Léaud (‘Les 400 Coups’) en debutante Chantal Goya.
Paul heeft net zijn legerdienst beëindigd heeft, en wordt verliefd op Madeleine, die een carrière als yéyé-zangeres van de grond probeert te krijgen, en die samenwoont met haar vriendinnen Elisabeth en Catherine-Isabelle.

Pauls vriend Robert probeert hem mee te tronen op het revolutionaire pad, maar tussen het uitdenken van hun acties door zitten ze duidelijk toch ook met veel vragen over de vrouwen, seks en relaties. En gaan ze als het kan ook graag nog naar de film en op café.
Allemaal zijn ze ‘kinderen van Marx en Coca-Cola’, opgegroeid in de wereld van de Koude Oorlog tussen de communisten en de kapitalisten…

‘Masculin, Féminin’ is Godard op zijn meest speels: sommige dialoogscènes lijken volkomen geïmproviseerd (en zijn dat waarschijnlijk ook), de film zit vol Godardiaanse woordgrapjes en citaten, en een aantal wilde ideeën lijken zelfs pure Monty Python avant la lettre.
Voeg daarbij een flitsende montage, de Parijse sixtiessfeer en leuke cameos van Brigitte Bardot en Françoise Hardy, en je hebt een ware klassieker.

De openheid waarmee in ‘Masculin, Féminin’ over seks gepraat werd was voor 1966 overigens zéér gewaagd, en de film werd in Frankrijk dan ook verboden onder de 18 jaar. ‘Dat zijn net de mensen voor wie de film bedoeld is,’ beweerde Godard.

En dan is er ook nog dit:

CINEMA CORONA #115: LE BAL (Ettore Scola)

Le_Bal

Uitgaan op vrijdagavond is er al een tijdje niet meer bij, maar in onze CINEMA CORONA brengen we u vanavond toch graag naar de danszaal, en wel met het zààà-li-ge, grappige en bijzonder swingende ‘LE BAL’ van Ettore Scola.

Scola maakte met ‘Le Bal’ een meesterlijke, volstrekt briljante film die zich helemaal in een Franse danszaal afspeelt en waarin niet één woord gesproken wordt (er wordt alleen maar gedanst), maar waarin toch én de hele Franse (cultuur)geschiedenis van de laatste eeuw voorbijkomt én waarin op een uiterst amusante wijze de hele menselijke dierentuin te kijk wordt gezet.

Want terwijl we de muziek horen veranderen (van musette naar rock-‘n-roll, en van big band naar disco) blijft de klandizie van de zaak bestaan uit dezelfde archetypes die in essentie in niks verschillen van de archetypes die je 100 jaar geleden op het boerenbal ook al kon tegenkomen: muurbloempjes en macho’s, onderkruipers en Lamme Goedzakken, houten klazen en rubberen slangenmensen, hautaine kakmadammen en moegeleefde madame pipi’s, collaborateurs en revolutionairen, flauwe plezanten en humorloze boekhouders, flamboyante Romeo’s en schuchtere bewonderaars, ijdele ego’s en nederige garçons, hipsters en conservatieve pilaarbijters.

De acteurs/dansers zijn stuk voor stuk perfect, de soundtrack (van Vladimir Cosma) is héérlijk, de choreografie is geweldig en de regie is briljant.

Kortom: een volkomen onterecht wat vergeten meesterwerkje.
Kijken = genieten!

CINEMA CORONA #111: SANDRA (aka VAGHE STELLE DELL’ORSA)(Luchino Visconti)

SandraVandaag in CINEMA CORONA: ‘SANDRA’ – of met de Italiaanse titel: ‘VAGHE STELLE DELL’ORSA’ – van Luchino Visconti.

Zoals vaker bij Visconti – zelf telg van een oud adellijk geslacht – speelt het verhaal zich af in het aristocratische milieu: de bloedmooie Sandra (rol van Claudia Cardinale) keert met haar kersverse echtgenoot Andrew Dawson (gespeeld door Michael Craig) vanuit het mondaine Genève terug naar haar provinciale geboorteplaats Volterra, om daar de onthulling van een borstbeeld ter ere van haar in het concentratiekamp gestorven vader mee te maken.

Maar terug in Toscane wordt ze geconfronteerd met haar broer Gianni (de angelieke Jean Sorel), met wie ze een duister geheim deelt. En de geesten uit het verleden dreigen de chique familie helemaal ten gronde te richten…

‘Sandra’ is Visconti’s versie van de aloude Griekse Electra-mythe, verplaatst naar het naoorlogse Italië, en opgebouwd als een Freudiaanse puzzel waarin de kijker telkens een nieuw stukje toegeworpen wordt.

De strakke zwart-wit fotografie van Armando Nannuzzi zorgt voor een tegelijk sensuele en duistere sfeer.
Voor Claudia Cardinale was dit – na ‘Rocco E I Suoi Fratelli’ en ‘Il Gattopardo’ – al de derde film met Visconti (later zouden ze samen ook nog ‘Gruppo Di Famiglia In Un Interno’ draaien).

‘Sandra’ werd in 1965 bekroond met de Gouden Leeuw op het Festival van Venetië

CINEMA CORONA #110: THE TROUBLE WITH HARRY (Alfred Hitchcock)

trouble with harryVandaag in CINEMA CORONA: ‘THE TROUBLE WITH HARRY’, zeker niet de bekendste en evenmin de beste van Alfred Hitchcock, maar misschien wel de allerleukste.

‘The Trouble With Harry’ is een heerlijke zwarte komedie die helemaal rond ene Harry draait. Niemand is echt geïnteresseerd in de man, maar het probleem met Harry: hij is dood, en ligt in een bos.

En als lijk zorgt de man voor meer problemen bij zijn naasten (en zelfs bij mensen die hij totaal niet kende) dan toen hij nog leefde…

Alle acteurs zijn hier perfect gecast, met vooral de debuterende Shirley MacLaine in een heerlijke rol als de echtgenote van Harry, en John Forsythe als de man die van gerateerde schilder plots tegen wil en dank non-stop doodgraver wordt.

Voor wie van de onderkoelde Britse humor en de seksuele innuendo’s van Hitchcock houdt, is dit anderhalf uur smullen.
‘The Trouble With Harry’ betekende bovendien de start van de samenwerking tussen Hitchcock en meestercomponist Bernard Herrmann, én werd prachtig in (Technicolor-)beeld gezet door Robert Burks.

Kortom: een ietwat vergeten maar prima Hitchcock die méér dan het herontdekken waard is.

Enjoy!

De Amerikaanse filmcriticus Ben Mankiewicz leidt de film vakkundig in:

CINEMA CORONA #109: CLOSELY WATCHED TRAINS (Jiri Menzel)

Closely_Watched_trainsVandaag in CINEMA CORONA de bitter-grappige en algeheel wonderlijke debuutfilm van de onlangs overleden Tsjech Jiri Menzel: ‘CLOSELY WATCHED TRAINS’.

De jonge Milos is de wat sullige en knullige telg van een familie met een zeer lange traditie van luiaardij: het voornaamste tijdverdrijf van zijn overgrootvader bestond uit het kopen van sterke drank en tabak, zijn grootvader verdiende de kost als zelfverklaarde ‘hypnotiseur’, en zijn vader slaagde er op zijn 48ste in met pensioen te gaan, en voerde nadien geen klap meer uit.

Zelf heeft hij een baantje te pakken gekregen in het plaatselijke station, waar zijn voornaamste ‘werk’ bestaat uit het salueren voor voorbijrijdende treinen en het observeren van hoe zijn collega Hubicka moeiteloos vrouwen versiert – een bijzondere vaardigheid die de nog maagdelijke Milos mateloos fascineert.

Die fascinatie loopt zelfs op dramatische wijze uit de hand wanneer de bloedmooie treinbegeleidster Masa een oogje op Milos laat vallen, en hij die unieke kans op zijn eigen knullige manier helemaal dreigt te verprutsen…

‘Closely Watched Trains’ is de verfilming van het gelijknamige boek van Bohumil Hrabal, die geregeld met Menzel zou samenwerken en die meeschreef aan het scenario.
Menzel wou eerst zelf de hoofdrol vertolken, maar besloot uiteindelijk dat hij met zijn 28 te oud was, en koos voor Vaclav Neckar, een toenmalige Tsjechische popster die hier de perfecte mix van onschuld, onnozelheid en naïviteit uitstraalt.

De film werd in 1966 uit het niets een internationaal succes, dat uiteindelijk zelfs bekroond werd met de Oscar voor Beste Buitenlandse Film.
Menzel zette daardoor samen met Milos Forman de Tsjechische cinema internationaal op de kaart, maar terwijl Forman naar de Verenigde Staten vluchtte en daar in Hollywood een rijke carrière uitbouwde, zou voor Menzel zou het succes niet lang duren: in 1970 legde de Communistische Partij hem een beroepsverbod op, waardoor zijn regiecarrière helemaal gekraakt werd en hij zich noodgedwongen op theater ging toeleggen.

Hoe jammer dat is kunt u zien in dit unieke pareltje, uitermate triest en extreem grappig tegelijkertijd:

(Engelse ondertitels kunt u inschakelen door op het icoontje onderaan te klikken)

CINEMA CORONA #106: PICKUP ON SOUTH STREET (Sam Fuller)

Pickup_on_South_StreetVandaag in CINEMA CORONA: ‘PICKUP ON SOUTH STREET’, een excellente, duistere film noir van de grote Sam Fuller, filmheld van (o.a.) Quentin Tarantino, Jim Jarmusch en Martin Scorsese.

Het verhaal draait rond ene Skip McCoy, een al meermaals opgepakte kruimeldief die op een dag in de New Yorkse metro de portefeuille uit de handtas van een knappe jonge vrouw weet te stelen stelen.

Wat hij niet weet is dat die vrouw –  Candy – toevallig de vriendin is van een communistische spion, en dat ze in de handtas een microfilm vol geheime info voor de communisten transporteerde.
Waardoor McCoy nu zonder dat hij het beseft eigenaar is van iets dat voor vele partijen uiterst belangrijk kan zijn.

Candy van haar kant zet alles op alles om de microfilm terug in haar bezit te krijgen…

‘Pickup on South Street’ werd gemaakt in volle Koude Oorlog (de film dateert uit 1953), en is dan ook anticommunistisch, maar Fuller zou Fuller niet zijn als hij aan zijn personages geen ambigue gelaagdheid zou hebben meegegeven.
Zo is de ‘held’ allesbehalve een heldhaftige patriot, maar wel een kille, koppige misdadiger en platte opportunist. De gevreesde FBI-baas J. Edgar Hoover liet Fuller en zijn machtige producent Daryl Zanuck tijdens een lunch nog voor de release dan ook weten dat hij Fuller en zijn film verafschuwde.

Gelukkig voor ons bleef Zanuck achter zijn regisseur staan, door Hoover te antwoorden ‘dat hij niks van film kende’ – al liet Zanuck wijselijk wel alle verwijzingen naar de FBI uit de promocampagne halen.

De film zelf is briljant en met veel vaart geregisseerd: de woordenloze openingsscène in de New Yorkse metro is op zich al een staaltje van meesterlijke regie, en vormde de inspiratie voor weer een ànder meesterwerk van enkele jaren later, ‘Pickpocket’ van Robert Bresson (1959).

Let ook op de de excellente acteerprestaties van Richard Widmark als de zakkenroller, van Jean Peters als de uitermate sensuele, sassy en streetwise Candy en van Thelma Ritter, die voor haar rol van politie-informante een terechte Oscarnominatie kreeg

Enjoy!

Van Sam Fuller is in onze Cinema Corona ook nog altijd ‘THE STEEL HELMET’ beschikbaar.

CINEMA CORONA #105: LA VÉRITÉ (Henri-Georges Clouzot)

La_VeriteVandaag in CINEMA CORONA: ‘LA VERITE’, een meesterwerk van een regisseur die in zijn relatief korte carrière eigenlijk alleen maar meesterwerken gemaakt heeft, Henri-Georges Clouzot.

Clouzot hing ‘La Vérité’ helemaal op aan zijn hoofdrolspeelster Brigitte Bardot, die enkele jaren voordien een internationaal schandaalsucces had veroorzaakt met ‘Et Dieu Crea La Femme’, en die hier Dominique Marceau speelt, de verdachte van een geruchtmakende moord op een jonge en talentvolle dirigent.

De bloedmooie Dominique was altijd al het zwarte schaap van haar familie: als vrijgevochten jonge vrouw fladdert ze van man naar man, en alsof dat nog niet genoeg tegen de geldende bourgeois-zeden is, maakte ze er ook een erezaak van haar studies te verwaarlozen en geen enkele ambitie te tonen hard te willen werken.

Om aan haar plattelandsomgeving en familie te ontsnappen, trekt ze in bij haar ijverige, gedweeë en in Parijs studerende zus Annie (rol van Marie-José Nat), die in zowat elk opzicht haar tegenpool is.
Terwijl de brave Annie zich helemaal op haar vioolstudies concentreert, maakt Dominique avond na avond plezier met een groep studenten en intellectuelen.
Eén van haar vele veroveringen is Gilbert Tellier, een opkomende dirigent die – ondanks de overduidelijke verschillen tussen hen beiden- compleet in de ban van Dominique raakt…

Met ‘La Vérité’ maakte Clouzot niet alleen zowat het perfecte rechtbankdrama, tussen de regels door neemt hij ook subtiel het proces dat de internationale goegemeente destijds van zijn ‘schandaleuze’ actrice Brigitte Bardot maakte op de korrel: dit is niet alleen het proces van de waarheid tegen de leugen, maar ook van bekrompen, gedwee en conservatief tegen open, zelfstandig en zelfbewust.
In dat opzicht liep ‘La Vérité’ (gemaakt in 1960!) jaren voor op wat later in de sixties een strijdpunt van de studentenopstanden zou worden.

Tussen haakjes: wie BB afdoet als een talentloze seksbom, raden we vriendelijk aan haar acteerprestatie in deze film te bekijken en zijn/haar mening te herzien.

Enjoy!

(PS: Engelse ondertitels beschikbaar door op het ‘ondertiteling’-icoontje te klikken en vervolgens bij ‘instellingen’ op Engels te klikken)

Van Henri-Georges Clouzot is in onze Cinema Corona ook nog altijd het fenomenale ‘LES DIABOLIQUES’ beschikbaar!

Interview met Brigitte Bardot, tijdens de opnames van ‘La Vérité':

CINEMA CORONA #103: VAMPYR (Carl Theodor Dreyer)

vampyrVrijdag de 13de: daar hoort natuurlijk een horrorfilm bij in onze CINEMA CORONA.

We kozen voor ‘VAMPYR’, de gothic klassieker (uit 1932!) van de Deense meester Carl Theodor Dreyer.

De film werd – zoals dat bij een goede horrorfilm hoort – gefinancierd door de bizarre baron Nicolas Louis Alexandre de Gunzburg, op voorwaarde dat hij zelf de hoofdrol mocht spelen (wat ook gebeurde, onder de naam Julian West).

Het verhaal draait rond ene Allan Grey die in een hotelletje in Courtempierre overnacht, en daar ‘s nachts gewekt wordt door bezoek van een mysterieuze oude man.
Die man praat hem niet alleen over de dood, hij laat ook een pakje voor hem achter. In het pak blijkt een boek over vampirisme te zitten. En Grey krijgt al snel bizarre, angstaanjagende visioenen…

Verwacht geen rechttoe-rechtaan-horror, of zelfs maar een rechtlijnig of logisch verhaal: dit is een film als een nare droom, mikkend op het onderbewuste, en helemaal opgebouwd uit spooky beelden en een uiterst eerie sfeer.

Zoals wel vaker gebeurde met klassiekers kreeg ‘Vampyr’ bij de originele release alleen maar negatieve recensies, en was ook het publiek (nog) niet mee: bij de première was er boegeroep, in Wenen moest de politie zelfs met knuppels tussenbeide komen om het boze publiek te kalmeren.

Maar de reputatie van de film groeide gestaag, en ondertussen wordt ‘Vampyr’ algemeen beschouwd als één van dé grondleggers van het vampierengenre.

Enjoy!

(u kunt Engelse ondertitels aanschakelen door onderaan op ‘Instellingen’ te klikken en ‘Engels’ te kiezen:)

Bekijk de recensie van Mark Kermode (BBC en British Film Institute):

CINEMA CORONA #96: THE DRILLER KILLER (Abel Ferrara)

Driller_Killer_1Quarantainedag 96!

Vandaag in onze CINEMA CORONA een low budget-klassieker van Abel Ferrara: ‘THE DRILLER KILLER’, een film die – zoals u waarschijnlijk zelf al uit de titel kunt afleiden – niet écht geschikt is voor gevoelige kijkers.

Regisseur Abel Ferrara (die later ook het schitterende ‘Bad Lieutenant’ zou maken) speelt zelf de hoofdrol als Reno Miller, een artiest die in het New York van eind jaren ’70 – toen nog een smerige, stinkende en uiterst gevaarlijke stad, met straten vol zwervers en junkies – aan de kost probeert te komen.

Een bijna onmogelijke opdracht, zeker omdat zijn werk maar niet af raakt en hij zijn appartement moet delen met twee jonge vrouwen.
En zijn leven wordt helemaal een hel wanneer zijn huisbaas het appartement erboven verhuurt aan een punkband, die – zoals dat met punkbands gaat – de hele tijd op bijzonder luidruchtige wijze repeteren.

Langzaamaan drijft de getormenteerde Miller af in de totale waanzin, die hem ertoe aanzet ‘s nachts in New York willekeurige mensen met een drilboor te gaan bewerken….

The_Driller_Killer‘The Driller Killer’ werd destijds door de pro censuur-moraalridders steevast aangehaald als één van dé ergste immorele voorbeelden van de video nasties-golf, maar wie veertig jaar later terugkijkt, ziet een film die eigenlijk veel meer in een arthouse dan in een spookhuis thuishoort.

Natuurlijk zitten er enkele horrorscènes in, maar in essentie is dit veel meer een low budget psychologisch drama of een New Yorkse punkfilm dan een typische slashermovie.

De films waar Ferrara voor zijn ‘Driller Killer’ vrolijk uit jatte liggen overigens nogal voor de hand: ‘Taxi Driver’ van Scorsese (het groezelige New York van eind jaren ’70), ‘Repulsion’ van Polanski (de afdaling richting totale waanzin), zelfs wat Cassavetes (het huiselijk drama) en een scheutje ‘Texas Chain Saw Massacre’ (maar dan met een drilboor in plaats van een kettingzaag).
Als dàt geen goede mix is, weten we het ook niet meer.

Kortom: enjoy!
Maar ook: don’t try this at home!

CINEMA CORONA #94: THE BIG COMBO (Joseph Lewis)

Big_Combo_LewisQuarantainedag 94!

Vandaag in onze CINEMA CORONA: ‘THE BIG COMBO’ van Joseph Lewis.

Politie-inspecteur Leonard Diamond probeert al een hele tijd gangster Mr. Brown te betrappen op financiële malversaties, maar harde bewijzen tegen de man ontbreken.
Bovendien heeft de gladde, psychopathische gangsterbaas op alle mogelijke niveaus connecties.
Of zoals zijn collega-inspecteur het uitdrukt: ‘You’re fighting a swamp with a teaspoon’.

En omdat het onderzoek handenvol geld kost en geen resultaat oplevert, dreigen zijn oversten er ook nog eens mee het helemaal stop te zetten.

Diamond ziet een laatste kans in het schaduwen van Susan Lowell, de vriendin van de gangster. De bloedmooie – maar suïcidale – dame is uitgegroeid tot een ware obsessie voor de speurder…

‘THE BIG COMBO’ is een magistrale film noir van Joseph Lewis, die vijf jaar eerder ook al het even briljante ‘Gun Crazy’ maakte.
Let vooral op de fabelachtige fotografie van John Alton, het wondermooie chiaroscuro-schaduwenspel en de excellente, jazzy soundtrack van David Raskin.

Bijzonder uniek, opvallend en gewaagd voor een film uit 1955: de twee genadeloze hitmen van Mr. Brown (gespeeld door Earl Holliman en Lee Van Cleef) zijn een voor de goede verstaander bijna openlijk homoseksueel koppel.