CINEMA CORONA #128: THE HONEYMOON KILLERS (Leonard Kastle)

The_Honeymoon_Killers_2
Vanavond in CINEMA CORONA een ware cultklassieker, en een film die bijna door Martin Scorsese geregisseerd werd: Scorsese was namelijk de man die in 1969 oorspronkelijk ingehuurd was om ‘THE HONEYMOON KILLERS’ te verfilmen, ware het niet dat hij al na tien dagen weer ontslagen werd omdat hij te traag werkte.

Uiteindelijk zou scenarioschrijver (eigenlijk een componist en operaregisseur) Leonard Kastle zelf zijn script verfilmen. Het zou Kastles enige film worden, maar wél een hele goede: François Truffaut noemde het zelfs zijn favoriete Amerikaanse film, en het leger fans van dit duister serial killer-drama is in de loop der jaren alleen maar gegroeid.

Het – op ware feiten gebaseerde – verhaal draait rond de verbitterde verpleegster Martha Beck. De zwaarlijvige Martha woont samen met haar moeder in Alabama, en daar wil haar vriendin Bunny verandering in brengen: ze schrijft Martha buiten haar weten in voor de ‘Lonely Hearts Club’, in de hoop een man voor haar te vinden.

En inderdaad: na een intensieve correspondentie krijgt Martha een beetje tot haar eigen verbazing een relatie met ene Ray Hernandez, een soort latin lover uit New York. Tot ze ontdekt dat Ray alleen maar een oplichter is die alleenstaande vrouwen opvrijt om hun geld  af te troggelen…
Maar in plaats van één van zijn slachtoffers te zijn, besluit Martha zich mee bij zijn rooftocht aan te sluiten.

Kastle schreef het scenario omdat hij zich stoorde aan de glamoureuze manier waarop misdaad in de toenmalige hit ‘Bonnie & Clyde’ geportretteerd werd, en wilde met ‘The Honeymoon Killers’ een meer realistische versie van misdaad laten zien: Ray & Martha zijn dan ook géén van beiden aangename mensen – hij is een ijdele, opportunistische slijmbal, zij is een kille, bittere kenau.

‘The Honyemoon Killers’ is door zijn rauwe, liefdeloze en wat ranzige sfeer dan ook een vroege voorloper van films als ‘Henry, Portrait of a Serial Killer’ of het meer recente ‘Der Goldene Handschuh’.

De korrelige zwart-witfotografie van Oliver Wood past excellent bij de sfeer, en de vertolkingen van Shirley Stoler en Tony Lo Bianco zijn spot on.
Kortom: onder geen enkel beding te missen voor de liefhebber van de betere B-film.