Vandaag in CINEMA CORONA: ‘LA VERITE’, een meesterwerk van een regisseur die in zijn relatief korte carrière eigenlijk alleen maar meesterwerken gemaakt heeft, Henri-Georges Clouzot.
Clouzot hing ‘La Vérité’ helemaal op aan zijn hoofdrolspeelster Brigitte Bardot, die enkele jaren voordien een internationaal schandaalsucces had veroorzaakt met ‘Et Dieu Crea La Femme’, en die hier Dominique Marceau speelt, de verdachte van een geruchtmakende moord op een jonge en talentvolle dirigent.
De bloedmooie Dominique was altijd al het zwarte schaap van haar familie: als vrijgevochten jonge vrouw fladdert ze van man naar man, en alsof dat nog niet genoeg tegen de geldende bourgeois-zeden is, maakte ze er ook een erezaak van haar studies te verwaarlozen en geen enkele ambitie te tonen hard te willen werken.
Om aan haar plattelandsomgeving en familie te ontsnappen, trekt ze in bij haar ijverige, gedweeë en in Parijs studerende zus Annie (rol van Marie-José Nat), die in zowat elk opzicht haar tegenpool is.
Terwijl de brave Annie zich helemaal op haar vioolstudies concentreert, maakt Dominique avond na avond plezier met een groep studenten en intellectuelen.
Eén van haar vele veroveringen is Gilbert Tellier, een opkomende dirigent die – ondanks de overduidelijke verschillen tussen hen beiden- compleet in de ban van Dominique raakt…
Met ‘La Vérité’ maakte Clouzot niet alleen zowat het perfecte rechtbankdrama, tussen de regels door neemt hij ook subtiel het proces dat de internationale goegemeente destijds van zijn ‘schandaleuze’ actrice Brigitte Bardot maakte op de korrel: dit is niet alleen het proces van de waarheid tegen de leugen, maar ook van bekrompen, gedwee en conservatief tegen open, zelfstandig en zelfbewust.
In dat opzicht liep ‘La Vérité’ (gemaakt in 1960!) jaren voor op wat later in de sixties een strijdpunt van de studentenopstanden zou worden.
Tussen haakjes: wie BB afdoet als een talentloze seksbom, raden we vriendelijk aan haar acteerprestatie in deze film te bekijken en zijn/haar mening te herzien.
Enjoy!
(PS: Engelse ondertitels beschikbaar door op het ‘ondertiteling’-icoontje te klikken en vervolgens bij ‘instellingen’ op Engels te klikken)
Van Henri-Georges Clouzot is in onze Cinema Corona ook nog altijd het fenomenale ‘LES DIABOLIQUES’ beschikbaar!
Interview met Brigitte Bardot, tijdens de opnames van ‘La Vérité':
Op maandag presenteren we in onze CINEMA CORONA altijd een documentaire in onze Art & Film-serie i.s.m. Academie Mechelen.
Vandaag is dat ‘YVES KLEIN, LA REVOLUTION BLEUE’ van François Lévy-Kuentz.
Als één van de belangrijkste naoorlogse Franse kunstenaars maakte Klein niet alleen naam met zijn blauwe monochromen, maar was hij ook een pionier van de performance art en de conceptuele kunst, én maakte hij één van de beroemdste fotomontages uit de geschiedenis: ‘Saut Dans Le Vide’.
Daarnaast was hij ook een judo-meester, kenner van het Zenboeddhisme en schreef hij de ‘Symphonie Monoton-Silence': twintig minuten één noot, gevolgd door twintig minuten stilte.
Gefascineerd? Kijk dan naar ‘La Révolution Bleue’, waarin François Lévy-Kuentz het pad van deze volstrekt unieke kunstenaar ontrafelde.
(er staat een leeftijdsbeperking op de video, u moet doorklikken naar YouTube om hem te kunnen bekijken:)
Als bonus presenteren we u fascinerend beeldmateriaal van de man zelf in volle actie: het eerste gedeelte komt uit het beruchte ‘Mondo Cane’, de eerste (maar zeker niet de laatste) ‘shockumentary’ uit de destijds schandaal verwekkende ‘Mondo…’-reeks.
Met hun (voor een groot stuk in scène gezette) documentaire wilden Paolo Cavara en Gualtiero Jacopetti een overzicht bieden van alles wat er op de planeet aan shockerend, bizar, ontregelend, sensationeel, afstotend en extreem gedrag te zien is, gaande van orgieën en zatlapperijen, tot het afslachten van dieren, bizarre religieuze rituelen en… de moderne kunst van Yves Klein!
(Klein wordt in de film overigens voorgesteld als een Tsjechische kunstenaar, terwijl hij een Fransman was)
Bizarre afloop van de zaak: Klein was aanwezig op de première van de film in Cannes in 1962, en kreeg tijdens de vertoning een hartaanval. De maand nadien zouden twee andere hartaanvallen uiteindelijk zijn dood betekenen.
Vrijdag de 13de: daar hoort natuurlijk een horrorfilm bij in onze CINEMA CORONA.
We kozen voor ‘VAMPYR’, de gothic klassieker (uit 1932!) van de Deense meester Carl Theodor Dreyer.
De film werd – zoals dat bij een goede horrorfilm hoort – gefinancierd door de bizarre baron Nicolas Louis Alexandre de Gunzburg, op voorwaarde dat hij zelf de hoofdrol mocht spelen (wat ook gebeurde, onder de naam Julian West).
Het verhaal draait rond ene Allan Grey die in een hotelletje in Courtempierre overnacht, en daar ‘s nachts gewekt wordt door bezoek van een mysterieuze oude man.
Die man praat hem niet alleen over de dood, hij laat ook een pakje voor hem achter. In het pak blijkt een boek over vampirisme te zitten. En Grey krijgt al snel bizarre, angstaanjagende visioenen…
Verwacht geen rechttoe-rechtaan-horror, of zelfs maar een rechtlijnig of logisch verhaal: dit is een film als een nare droom, mikkend op het onderbewuste, en helemaal opgebouwd uit spooky beelden en een uiterst eerie sfeer.
Zoals wel vaker gebeurde met klassiekers kreeg ‘Vampyr’ bij de originele release alleen maar negatieve recensies, en was ook het publiek (nog) niet mee: bij de première was er boegeroep, in Wenen moest de politie zelfs met knuppels tussenbeide komen om het boze publiek te kalmeren.
Maar de reputatie van de film groeide gestaag, en ondertussen wordt ‘Vampyr’ algemeen beschouwd als één van dé grondleggers van het vampierengenre.
Enjoy!
(u kunt Engelse ondertitels aanschakelen door onderaan op ‘Instellingen’ te klikken en ‘Engels’ te kiezen:)
Bekijk de recensie van Mark Kermode (BBC en British Film Institute):
Vandaag in CINEMA CORONA: een kersvers bekroonde kortfilm-met-Mechelse-inslag!
‘DON’T LOOK BACK’ is een uiterst fraaie stop-motion animatiefilm, naar ‘Berenice’ van Edgar Allan Poe, en gemaakt door Nancy Van Beersel, cursiste bij onze buren van de Academie Mechelen.
De soundtrack is van Kyoko – hoe dié samenwerking tot stand kwam hoort u in het interview dat u lager kunt bekijken.
‘Don’t Look Back’ werd deze week op het Breedbeeld-kortfilmfestival bekroond met de Prijs van de Filmkritiek.
Wat maakt Wes Anderson toch héérlijke films: Technicolor-pareltjes die constant tussen lichte weemoed en bitterzoete humor twijfelen, en die verfilmd zijn in een smetteloze stijl.
Zie bijvoorbeeld zijn wonderlijke meesterwerkje ‘Moonrise Kingdom’, naar een scenario van hemzelf en Roman Coppola.
Het verhaal speelt zich af in 1965, wanneer de kleine Sam (weeskind, brildrager en scoutsjongen) verliefd wordt op de zelfbewuste Suzy (fan van verrekijkers en van Françoise Hardy).
De twee – voortreffelijk vertolkt door Jared Gilman en Kara Hayward – besluiten te vluchten naar New Penzance, een eiland vol ongerepte natuur.
Maar dat is uiteraard buiten de volwassenen gerekend, die met zijn allen de achtervolging inzetten: van de scoutsleider (Edward Norton!) tot Suzies ouders (Bill Murray en Frances McDormand!), en van politiekapitein Sharp (Bruce Willis!) tot het takkewijf van de Dienst Jeugdzorg (de immer geweldige Tilda Swinton!).
‘Moonrise Kingdom’ is een volstrekt unieke love story, vol melancholie, levenswijsheden en magische schoonheid, en voorzien van een volstrekt wonderlijke soundtrack waarop zowel Françoise Hardy als Hank Williams én Benjamin Britten komt voorbijgefietst.
Normaal zouden we vanavond het traditionele Slotfeest van het Filmhuisseizoen gevierd hebben, maar het coronavirus besliste daar helaas anders over.
Als alternatief vieren we onze honderdste (!!) CINEMA CORONA-aflevering en het einde van ons seizoen 2019-2020 met een boeket van vijf films, waaruit u zelf kunt kiezen om thuis een slotfeest naar uw eigen muzikale smaak samen te stellen.
In de aanbieding: de poëzie (en humor) van de jonge Leonard Cohen, een tragische tranche de vie uit het bestaan van de geniale bassist Charles Mingus, de etherische Ijslandse schoonheid van Sigur Rós in ‘Heima’ of de coolste van alle coole bands: The Velvet Underground mét Nico, gefilmd in de coolste van alle coole locaties: Andy Warhol‘s Factory.
Plus een spectaculair amusante uitsmijter van de Beastie Boys.
1. ‘SIGUR RÓS: HEIMA’
In 2006 keerde Sigur Rós na het einde van hun uiterst succesvolle wereldtoernee terug naar hun thuisland.
Daar besloten ze een reeks gratis concerten te geven op een aantal ongewone plaatsen. Al die concerten werden gefilmd voor ‘HEIMA’, een wonderlijk mooie concertfilm die perfect past bij Sigur Rós unieke muziek, en die evenveel over het land als over de groep gaat.
Een in cinéma vérité-stijl gefilmd portret van meesterbassist Charles Mingus, dat fabelachtige concertopnames uit kleine clubs mixt met Mingus die – samen met zijn vijfjarig dochtertje – elk moment door de stad uit zijn New Yorks appartement gezet dreigt te worden.
Behalve een beeld van een briljante muzikant geeft deze docu van Thomas Reichman ook een goed beeld van Amerika 1968: een land waar een pistool 7 dollar kost, en waar de gekleurde medemens een tweederangsburger is.
Muzikaal relevant, en in tijden van Black Lives Matter helaas ook nog altijd maatschappelijk relevant.
Filmisch portret uit 1965 waarin de terugkeer van de jonge Leonard Cohen naar zijn thuisstad Montreal gevolgd werd.
Cohen is op dat moment nog niet de gevierde singer-songwriter die hij nadien zou worden, maar wél een jonge en bijzonder succesvolle auteur die een grote literaire toekomst voorspeld wordt.
Met fascinerende live-beelden van een lezing (die soms meer weg heeft van kurkdroge stand up-comedy), en met al even fascinerende home movie-beelden uit de kindertijd van Cohen.
Hoewel The Velvet Underground misschien wel de meest invloedrijke groep uit de rockgeschiedenis is, bestaan er (net zoals van The Stooges) amper bewegende beelden van.
Dat alleen al maakt van ‘A SYMPHONY OF SOUND’ een essentieel uur film, ook al is dit in wezen niet meer dan een repetitie, gefilmd in de legendarische Factory van Andy Warhol.
Diezelfde Warhol is officieel ook de – nouja – ‘regisseur’, al lijkt het eerder alsof Warhols – nouja – ‘cameraman’ Paul Morrissey net een nieuwe camera heeft gekregen en een uur lang willekeurig alle knopjes (en dan vooral de zoom) aan het uittesten is: dit is Warhols anti-cinema op zijn extreemst.
Het doet er weinig toe, want de groep vindt hier zo ongeveer live voor de camera het begrip ‘cool’ uit: de zonnebrillen, het leer, het zwart-wit, de noise en feedback, de zelfverzekerde attitude van Reed & Cale, gecombineerd met de onaardse, ijselijke Teutoonse schoonheid van Nico en het androgyne van drumster Moe Tucker zorgen voor een geheel dat de wereld toen nog nooit gezien had, én voor een klank die evenmin ooit al gehoord was: de muziek is één lange, geïmproviseerde en zeer hypnotiserende drone, die (opgelet! Spoiler alert!) afgebroken wordt wanneer de politie binnenvalt na een klacht over burengerucht.
25 jaar na hun grote doorbraakhit zoeken we de Beastie Boys terug op: de buikjes zijn wat ronder geworden, ze zijn een back-up band voor Jon Bon Jovi, en de groupies zijn ook iets ouder dan een kwarteeuw geleden, maar verder blijken ze nog altijd hun tijd door te brengen met het houden van parties, het gooien van slagroomtaarten en het schudden met bierblikjes.
Tot de Beastie Boys uit de toekomst tijdens een LSD-trip de Beastie Boys uit een nóg verdere toekomst tegen het lijf lopen….
‘FIGHT FOR YOUR RIGHT REVISITED’ is een bijzonder grappige zelfsatire, uitstekend geregisseerd door Beastie Boy Adam Yauch en volgepropt met geweldige cameo’s van de grootste sterren (Susan Sarandon! Steve Buscemi! Stanley Tucci! Ted Danson! Laura Dern! Chloe Sevigny! Orlando Bloom!)
De Beastie Boys worden zeer vakkundig vertolkt door Elijah Wood, Danny McBride en Seth Rogen, én door Will Ferrell, John C. Reilly en Jack Black.
Nóg meer muziek?
U kunt bij ons nog altijd een aantal excellente muziekdocu’s herbekijken, zoals:
– THE DECLINE OF WESTERN CIVILIZATION (Penelope Spheeris), over de geboorte van de Amerikaanse hardcore punk, met o.a. Black Flag, Circle Jerks, X en Fear.
– STOP MAKING SENSE (Jonathan Demme), de ultieme Talking Heads-concertfilm.
– STYLE WARS (Tony Silver & Henry Chalfant), over de New Yorkse hiphoppers in de vroege jaren tachtig.
– BELGIAN POPCORN (Lander Lenaerts), korte maar zeer leuke docu over het ontstaan van de ‘popcorn’, de unieke mengeling van soul, funk, latin en ska die eind jaren ’60 vanuit dancing The Popcorn in Vrasene de Belgische danswereld veroverde.
Ook alle andere films van onze CINEMA CORONA blijven online staan (de grootste en de beste gratis online-cinema van de Benelux!), én bovendien zal die Cinema Corona ook in de toekomst geregeld met nieuwe titels aangevuld worden, zij het vanaf nu niet meer op dagelijkse basis.
En we hopen binnenkort op een weer min of meer normale manier publiek te kunnen ontvangen voor onze échte cinemavertoningen.
Blijf voor info daarover deze pagina volgen en/of schrijf u in op onze nieuwsbrief.
Zoals elke maandag presenteren we u vandaag weer een Art & Film, en we doen dat zoals altijd in samenwerking met Academie Mechelen.
Vandaag een documentaire van Melvyn Bragg en Kim Evans over Jackson Pollock: voor de enen een ordinaire kliederaar, voor de anderen één van Amerika’s grootse schilders uit de 20ste eeuw.
In ‘Portrait of an Artist: Jackson Pollock’ volgen we het leven van ‘The Cowboy from Wyoming’ van bij zijn geboorte in 1912, de jongste van de vijf zonen van een arme boerenfamilie uit het onooglijke dorpje Cody.
Als kind werd zijn aandacht getrokken door de kunst van de Mexicaanse muralisten en van de Indianen. In combinatie met zijn bewondering voor Picasso, Miro en de surrealisten ontwikkelde hij langzaamaan zijn eigen ‘dripping’-stijl en techniek, die hem pas na de tweede wereldoorlog de eerste erkenning (en nog veel meer hoon) zou opleveren.
Maar met de hulp van de invloedrijke collectioneuse en mecenas Peggy Guggenheim en de aandacht voor zijn abstract-expressionistische geestesgenoten als Willem de Kooning en Barnett Newman groeide zijn naam en faam toch, zij het dat de echt brede erkenning (en de daaraan gekoppelde krankzinnige prijzenslag voor zijn werken) pas na zijn dood zou volgen.
Pollock voerde overigens ook een jarenlang gevecht met zijn alcoholverslaving en depressie. Die alcohol zou hem uiteindelijk op jonge leeftijd het leven kosten, toen hij in 1956 overleed na een stomdronken autocrash.
Behalve interviews met naasten, vrienden en zijn echtgenote Lee Krasner horen we hier ook Pollock zelf uitgebreid aan het woord, waarvoor uit radio-opnames uit de jaren ’40 geput werd.
Aanrader!
Vandaag in onze CINEMA CORONA een Green Screen-vertoning die een antwoord geeft op de vraag of je een boeiende film kan maken met een plastieken zak in de hoofdrol.
Het antwoord: welja, dat kan!
De Iraans-Amerikaanse regisseur Ramin Bahrani – van wie we ook al het excellente ’99 Homes’ vertoonden – bewees dat in 2009 met zijn ‘PLASTIC BAG’.
De film vertelt het fascinerende verhaal van een gedumpte plastic zak die op zoek gaat naar zijn maakster, en wat hem op die zoektocht allemaal overkomt.
Het idee lijkt op papier misschien een beetje raar of onnozel, maar ‘Plastic Bag’ is verbazend meeslepend, en Ramin Bahrani slaagt er zelfs in je een beetje te laten, euh, meeleven met de zak.
De stem van die zak heeft overigens een zwaar Duits accent dat verbazend veel op dat van Werner Herzog gelijkt.
Vandaag in onzeCINEMA CORONA een low budget-klassieker van Abel Ferrara: ‘THE DRILLER KILLER’, een film die – zoals u waarschijnlijk zelf al uit de titel kunt afleiden – niet écht geschikt is voor gevoelige kijkers.
Regisseur Abel Ferrara (die later ook het schitterende ‘Bad Lieutenant’ zou maken) speelt zelf de hoofdrol als Reno Miller, een artiest die in het New York van eind jaren ’70 – toen nog een smerige, stinkende en uiterst gevaarlijke stad, met straten vol zwervers en junkies – aan de kost probeert te komen.
Een bijna onmogelijke opdracht, zeker omdat zijn werk maar niet af raakt en hij zijn appartement moet delen met twee jonge vrouwen.
En zijn leven wordt helemaal een hel wanneer zijn huisbaas het appartement erboven verhuurt aan een punkband, die – zoals dat met punkbands gaat – de hele tijd op bijzonder luidruchtige wijze repeteren.
Langzaamaan drijft de getormenteerde Miller af in de totale waanzin, die hem ertoe aanzet ‘s nachts in New York willekeurige mensen met een drilboor te gaan bewerken….
‘The Driller Killer’ werd destijds door de pro censuur-moraalridders steevast aangehaald als één van dé ergste immorele voorbeelden van de video nasties-golf, maar wie veertig jaar later terugkijkt, ziet een film die eigenlijk veel meer in een arthouse dan in een spookhuis thuishoort.
Natuurlijk zitten er enkele horrorscènes in, maar in essentie is dit veel meer een low budget psychologisch drama of een New Yorkse punkfilm dan een typische slashermovie.
De films waar Ferrara voor zijn ‘Driller Killer’ vrolijk uit jatte liggen overigens nogal voor de hand: ‘Taxi Driver’ van Scorsese (het groezelige New York van eind jaren ’70), ‘Repulsion’ van Polanski (de afdaling richting totale waanzin), zelfs wat Cassavetes (het huiselijk drama) en een scheutje ‘Texas Chain Saw Massacre’ (maar dan met een drilboor in plaats van een kettingzaag).
Als dàt geen goede mix is, weten we het ook niet meer.
Een cijfer: de bevolking van de Verenigde Staten is goed voor ongeveer 5 procent van de wereldbevolking, maar toch telt het land op zijn eentje maar liefst een kwart van alle gevangenen op aarde.
Een getal dat niet echt in overeenstemming te brengen is met het ‘Land of the Free’-imago dat het zo graag wil uitdragen.
Nog een cijfer: in 1970 waren er 200.000 gevangenen in de VS, nu zijn dat er twee miljoén.
Maar één zaak is dan weer al meer dan honderd jaar hetzelfde gebleven: de zwarte gevangen zijn een ruim oververtegenwoordigde groep in de gevangenisbevolking.
In ’13th’ zoekt regisseuse Ava DuVernay uit hoe al die puntjes en cijfers met elkaar verbonden kunnen worden tot één logische lijn, en komt uit bij het dertiende amendement van de Amerikaans grondwet: dat schafte officieel de slavernij af in de Verenigde Staten, maar liet wel de deur op een kier voor één bevolkingsgroep: veroordeelde misdadigers.
Dat kleine achterpoortje in de grondwet werd meteen na de afschaffing van de slavernij massaal misbruikt: zwarten werden in het zuiden met duizenden tegelijk de gevangenis ingegooid voor de meest onnozele ‘vergrijpen’ (zoals ‘loitering’ of ‘vagrancy’, – letterlijk vertaald ‘rondhangen’ en ‘landloperij’), waarna men hen wettelijk als gratis werkkrachten in chain gangs kon inzetten om het zuiden na de Burgeroorlog weer op te bouwen.
Het enige verschil: ze heetten ze nu niet langer ‘slaven’, maar ‘criminelen’.
De presidenten Nixon,Reagan en Bush lieten met hun ‘law & order’- en ‘war on drugs’-campagnes de gevangenisbevolking massaal stijgen, zonder dat de misdaad daalde, laat staan dat het drugsprobleem ermee opgelost werd – wel integendeel!
En de Democraten zetten die politiek alleen maar verder: zo was er bijvoorbeeld Bill Clinton, die met zijn ‘3 Strikes And You’re Out’-wet wou bewijzen dat hij even hard kon zijn als de Republikeinen.
Tegenwoordig is daar nog bijgekomen dat veel gevangenissen in de VS geprivatiseerd zijn: yep, mensen opsluiten is nu opeens big business, met alle perfide gevolgen vandien.
’13th’ dateert uit 2016, maar is in het licht van de recente protestgolf na de dood van George Floyd zéér actueel, en een ware eye opener voor wie zich nog altijd zou afvragen waar al dat Black Lives Matters-protest in de VS zo opeens vandaan komt…
Bekroond met drie Emmy Awards en een Oscarnominatie voor Beste Documentaire.