Merckxisten aller landen, verenigt u!
Want er is een gloednieuwe documentaire over De Grootste Aller Tijden uit, en om het simpel en duidelijk te houden hebben ze die gewoon ‘MERCKX’ genoemd.
Al hadden ze ook voor ‘EDDY’ kunnen kiezen, want zoals dat alleen voor de aller-, allergrootsten geldt – Elvis, Napoleon, Madonna, Jezus… – volstond zijn voornaam om te weten over wie het ging.
Tussen 1967 en 1975 won Eddy Merckx gewoonweg àlles wat er te winnen viel, en hadden zijn concurrenten alléén maar het nakijken: vijf keer de Tour, vijf keer de Giro, drie keer wereldkampioen, het werelduurrecord, zéven keer Milaan-San Remo, vijf keer Luik-Bastenaken-Luik, enzovoort enzovoort, een eindeloze lijst rondes, klassiekers,
semi-klassiekers, tijdritten en kermiskoersen – overal waar hij startte wou Merckx winnen, en meestal deed hij dat ook.
In een legendarisch Fred de Bruyne-interview na een alweer door Merckx gewonnen Ronde van Vlaanderen vatte de compleet uitgeputte Frans Verbeeck (die zo roekeloos was geweest enigszins in de buurt van de alweer ontketende Merckx proberen te blijven) het gevoel van Merckx’ concurrenten gedurende die acht wonderjaren als beste samen: ‘Ik weet niet wat het is, Fred. Hij rijdt vijf per uur te rap voor ons.’
Toen aan Jacques Anquetil werd gevraagd uit andere renners zijn ideale renner samen te stellen, antwoordde hij: ‘Neem de benen van Merckx, plus de kop van Merckx, de spieren van Merckx, het hart van Merckx en de winaarsmentaliteit van Merckx. Voilà.’
Maar hoe meer Merckx won, hoe meer de bewondering omsloeg in verdeeldheid.
Vooral in Frankrijk raakten ze zijn hegemonie in de Tour beu: op weg naar zijn zesde Continue reading “MERCKX” »