CINEMA CORONA #55: THE STEEL HELMET (Sam Fuller)

Quarantainedag 55!Steel_Helmet

Reporter Arnout Hauben vroeg een kaarsje te branden om de soldaten van WOII te herdenken, maar met permissie: in plaats van een kaars te branden voor Sam Fuller, gaan wij één van zijn vele uitmuntende films spelen in onze CINEMA CORONA.

Fuller – de zoon van Joods-Russische emigranten – maakte als soldaat van de Eerste Infanteriedivisie de horror van de Tweede Wereldoorlog in de frontlinie mee: hij vocht zowel bij de landingen in Normandië als die in Sicilië en Afrika, trok met de troepen door België en filmde (met een camera die zijn moeder opgestuurd had) de bevrijding van het uitroeiingskamp Falkenau.

Het zou hem een hele rist militaire onderscheidingen opleveren, maar nog veel meer een totale en ongepolijste no bullshit-aanpak in zijn filmcarrière achteraf: bij Fuller geen gladde Hollywoodhelden met een brede tandpastasmile, zijn hoofdpersonages zijn integendeel zakkenrollers, hoertjes, psychiatrische patiënten, hondentrainers en ander weinig glamoureus volk, en zijn filmstijl is direct en – zeker voor die tijd – behoorlijk in your face.
Die unieke stijl zorgde ervoor dat Fuller door een lange rij latere regisseurs als een belangrijke invloed wordt aangeduid: van Godard tot Jim Jarmusch, en van Wim Wenders tot Tarantino, allemaal verklaarden ze zich onvoorwaardelijk fan van de films van Sam Fuller.

In Fullers ‘THE STEEL HELMET’ volgen we een stel Amerikaanse soldaten tijdens de Koreaanse oorlog: sergeant Zack is de enige overlevende van een slachtpartij en wordt gered door een Koreaanse weesjongen. Nadat ze zich aansluiten bij een aantal andere in kleine groepjes rondzwervende Amerikanen zetten ze een post op in een verlaten Boeddhistische tempel. Van daaruit moeten ze de strijd aangaan tegen een overmacht aan communistische troepen….

‘The Steel Helmet’ werd destijds langs twee kanten bekritiseerd (rechtse kranten waren ervan overtuigd dat de film stiekem gefinancierd was door ‘de Roden’, de communistische Daily Worker omschreef hem als ‘een rechtse fantasie’), maar ondertussen wordt hij gezien als één van de sterkste oorlogsfilms uit die periode.
Des te straffer aangezien de film op amper tien dagen tijd (!) en met een minimumbudget werd gedraaid.