Onze slotfilm 2022-23: ‘SOUL POWER’ + het Indépendance Cha Cha-slotfeest

 

Hey: én het Filmhuis-slotfeest, én het brsoul-poweruisende openingsfeest van de unieke expo ‘Indépendance Cha Cha’, én een Art & Film-feest én een swingende afsluiter van het Afrika Filmfestival ALLEMAAL TEGELIJK meemaken voor de prijs van één ticket?

Dat kan dit jaar!

Yep, op dinsdag 27 juni sluiten we ons seizoen af met de muziekfilm ‘SOUL POWER’, gevolgd door ons Indépendance Cha Cha-slotfeest.

Om met de film te beginnen: ‘SOUL POWER’ is een documentaire over het muziekfestival dat in 1974 in Kinshasa georganiseerd werd aan de vooravond van de beroemde/beruchte ‘Rumble in the Jungle’-bokskamp tussen Mohammed Ali en George Foreman, de kamp om de wereldtitel die door de Congolese (of toen nog: Zaïrese) dictator Mobutu Sese Seko naar Afrika gehaald was.

In het zog van de boksers waren een stel muzikale sterren meegekomen voor een omkaderend muziekfestival dat het beste van de zwarte Amerikaanse muziek moest verenigen met de grootste Afrikaanse vedetten.
soulpower_2Een cocktail van pure muzikale Black Power, met alleen maar topkwaliteit:  Sister Sledge! Bill Withers! Miriam Makeba! BB King! Celia Cruz! The Spinners!

En als top of the billJames Brown, the Godfather of Soul! The Hardest Working Man in Showbusiness!

Helaas bleek de organisatie van het festival al even chaotisch als die van Woodstock: zo had Mobutu de verkeerde datum op de kaartjes laten drukken, bleek security om de massa in goede banen te leiden angstwekkend afwezig, liep de technische kant van de zaak aan alle kanten in de soep en zien we de man die (waarschijnlijk) de leiding van het festival in handen had de hele film lang op zoek zijn naar ene Shimpupu, die constant onvindbaar blijkt, hoe vaak De Baas ook ‘Alan to base!’ in zijn overmaatse walkie-talkie roept.

Bovendien hielp het niet dat de bokswedstrijd moest uitgesteld worden door een blessure van Foreman, waardoor het concert opeens een alleenstaand event werd.

Gelukkig zijn de muzikanten en de fans wél in absolute topvorm, met als hoogtepunt de allesverpletterende show van James Brown en zijn Mighty JB’s,

Het beeldmateriaal van Indépendance_Cha_Chahet concert (voor en achter de schermen) lag meer dan 30 jaar ergens op een plank te verkommeren, wat ervoor zorgde dat de film bij momenten even wild en ongeorganiseerd oogt als het festival zelf.

Maar dat doet voor één keer volstrekt niet terzake, of verhoogt zelfs de pret: laat u gewoon meedrijven op de Congolese chaos, geniet ondertussen van het enthousiasme van het publiek en van de stomende funk en afro van de muzikanten, en alles komt goed.

Na de slotfilm bieden we ons publiek traditioneel een drankje, een hapje én een stevige muzikale extra aan.

James Brown was helaas niet meer te boeken als muzikale act, maar hey: dan zorgen we met de hulp van Academie Mechelen en Het Paradijs toch gewoon zélf voor een funky Afrikaans feestje, gebouwd rond het thema van de ‘INDEPENDANCE CHA CHA’.

‘Indépendance Cha Cha’?
Welja, dat legendarische Congolese rumba-nummer van Le Grand Kallé geeft immers ook zijn naam aan de kunstexpo die Het Paradijs organiseert naar aanleiding van de onafhankelijkheidsdagen van Congo, Rwanda en Burundi.
Met werk van o.a. David Katshiunga, Chris JorisVévé ‘Shake’ Mazimpaka, Kirezi Kalisa en Eveline Bumba, en allemaal te zien van 30 ‍juni ‍tot ‍23 ‍juli ‍in ‍galerie ‍Bleekstraat ‍7).

Allen daarheen, maar natuurlijk niet na éérst langs ons slotfeest gepasseerd te zijn.
En daarna: op naar Filmhuisseizoen 45!

Het-ParadijsSOUL POWER
Regie: Jeffrey Levy-Hinte
USA 2008, 91 min.
+
Gevolgd door het Indépendance Cha Che-Filmhuis-slotfeest!

ACADEMIE_logo_blauw_lang

Filmhuis vertoonde deze film op:
- DINSDAG 27 JUNI 2023 om 20u00

 

Een organisatie in samenwerking met
- Academie Mechelen Afrika_Filmfetsival/ Art & Film
- de vzw Het Paradijs.

In het kader van het Afrika Filmfestival.

 

 

BONUS: ook Baloji nam een versie van de klassieker van Le Grand Kallé op.
Hier te checken:

Art & Film: ALL THE BEAUTY AND THE BLOODSHED

All_The_Beauty_And_the_Bloodshed

Met ‘ALL THE BEAUTY AND THE BLOODSHED’ maakte Laura Poitras een indrukwekkend portret van leven, werk en activisme van meesterfotografe Nan Goldin (°1953).

Goldin maakte eind jaren ’70 naam door de (post)punk-, drug-, LGBT- en drag queen-subculturen in New York vast te leggen: vaak rauw werk dat ze zelf omschreef als een fotografisch dagboek, een dagboek dat de buitenwereld een inkijk gaf in wat ze ‘her tribe’ noemde, en dat haar tot in de top van de internationale kunst- en fotografiewereld bracht.

Een paar jaar geleden maakte Goldin echter bekend dat ze ook zelf met een verslaving aan het opiaat OxyContin kampte, een geneesmiddel dat ze – zoals zovele Amerikanen – na een operatie voorgeschreven had gekregen.

ACADEMIE_logo_blauw_langHet middel bleek echter extreem gevaarlijk, want extreem verslavend – in die mate zelfs dat vele miljoenen (!) Amerikanen eraan verslaafd raakten, en het in 2011 de drug was die in Amerika de meeste doden veroorzaakte. Yep, méér slachtoffers dan heroïne, crack of coke….

Eén van de producenten van deze killer blijkt de steenrijke Sackler-familie, die met hun farmabedrijf miljoenen verdienden aan de verslavingen. Met een deel van dat geld legde de familie een indrukwekkende kunstcollectie aan, en sponsorden ze – o ironie – vaak gul Continue reading “Art & Film: ALL THE BEAUTY AND THE BLOODSHED” »

Art & Film: WHITE BALLS ON WALLS (Sarah Vos)

InWhie_Balls_on_Walls 2019 bleek dat zo’n 90 procent van de kunst in het Stedelijk Museum in Amsterdam gemaakt was door witte mannen.

Dat moet anders, vindt directeur Rein Wolfs.
Maar dat is simpeler gezegd dan gedaan, zo blijkt al snel, want achter de schermen – waar het vol witte mensen loopt – roept het proces ongemakkelijke en schurende vragen op.
Mag je een schilderij nog De Prostituees’ noemen?
Wat doe je met een werk dat door de kunstenaar in 1911 ‘Negertanz’ genoemd is?
Moet je bij het beoordelen van kunst naar de huidskleur of het geslacht van de kunstenaar kijken?
En hoe ga je om met pers die dat ‘overdreven politiek correct’ noemt?

Afrika_Filmfetsival
Regisseuse Sarah Vos biedt met ‘WHITE BALLS ON WALLS’ meer dan alleen een bijzonder onthullend kijkje achter de schermen van een museum: het is een tijdsdocument dat de worsteling weergeeft die veel Nederlandse en Belgische instituten en bedrijven momenteel doormaken – zie ook de heisa rond het vervangen van schilderijen van witte mannen door multiculturele Continue reading “Art & Film: WHITE BALLS ON WALLS (Sarah Vos)” »

In première: BELGIAN BRASS: ON AIR (Guy Fellemans)

Belgian_Brass_PosterHet  koperensemble Belgian Brass musiceert al meer dan 20 jaar op wereldniveau.
De leden zijn allemaal topmuzikanten uit de klassieke muziek, en hebben een vaste job bij o.a. De Munt, maar hebben de behoefte om, naast dat symfonisch werk, ook muziek in kleinere bezetting te creëren.

Wanneer in 2020 de coronapandemie toeslaat, staat opeens de hele wereld stil en moet ook Belgian Brass alle optredens schrappen. Na een tijdje organiseren veel podiumkustenaars live streams, zodat muzikanten toch kunnen performen, evenwel zonder publiek in de zaal.

Belgian Brass springt ook op die kar, maar het ensemble ondervindt al snel
hoe bevreemdend optreden zonder live toeschouwers is. Ze hunkeren naar connectie
met het publiek, zo erg zelfs dat het samenspel er onder begint te lijden…

In de film zien we ook hoe het gezelschap de 89-jarige François Glorieux eert met een tribute-avond die de muziek van deze uitzonderlijke pianist en componist terug onder de aandacht brengt.

En we ontdekken hoe belangrijk de controle van de ademhaling is
bij het bespelen van een koperinstrument. Het geeft de titel ‘On Air’ meteen een
Continue reading “In première: BELGIAN BRASS: ON AIR (Guy Fellemans)” »

JEANNE DIELMAN, 23 QUAI DU COMMERCE, 1080 BRUXELLES (Chantal Akerman)

DPoster_Jeanne_Dielmanrie dagen uit het leven van een Brusselse huisvrouw die de hele tijd patatten schilt, kalflapjes maakt, het stof afneemt, naar de bakker gaat, schoenen poetst en de afwas doet, en dàt kiezen ze dan tot De Beste Film Aller Tijden? Hoe is het mogelijk!

Ja, de emoties liepen afgelopen maand weer eens hoog op toen de 1600 stemgerechtigden voor de tienjaarlijkse poll van het Britse filmtijdschrift Sight & Sound (bestaande uit regisseurs, programmatoren en filmjournalisten) ‘JEANNE DIELMAN, 23 QUAI DU COMMERCE, 1080 BRUXELLES’ van Chantal Akerman boven vorige nummers één als Hitchock en Orson Welles verkozen bleek te zijn. Hoe was dat mogelijk?

We zouden zeggen: cool it down, filmvrienden, een lijstje is maar een lijstje, en dé Beste Film Aller Tijdens kiezen is sowieso een misschien leuke maar tegelijk ook een ietwat onnozele bezigheid.

Wat wel onomstotelijk vaststaat: ‘JEANNE DIELMAN’ was en is wel degelijk absoluut baanbrekend, was en is zéér invloedrijk (de fans gaan van Gus Van Sant tot Céline Sciamma), en was en is een film die u eigenlijk gezien moét hebben.

De plot is – zoals de hele film – bedrieglijk minimalistisch: Jeanne Dielman is een Brusselse weduwe die een repetitief en routineus leven leidt: eten maken, poetsen, wassen, en

tussendoor – wanneer haar zoon naar school is – tegen betaling mannen ontvangen.
Alles wat buiten die vertrouwde routine valt, boezemt haar angst in, en probeert ze dan ook te vermijden. Tot er op de derde dag er inderdaad iets gebeurt wat niet in haar vaste dagelijkse script staat, en Jeanne op een even ongewone manier reageert…

Akerman en haar hoofdrolspeelster Delphine Seyrig (begin jaren ’70 dé ster van de betere Europese film, en dus zeer verrassend dat ze toen de rol van huisvrouw in een film Continue reading “JEANNE DIELMAN, 23 QUAI DU COMMERCE, 1080 BRUXELLES (Chantal Akerman)” »

Art & Film: DREAMING WALLS – INSIDE THE CHELSEA HOTEL

 

The Chelsea Hotel: de plaats waar Arthur C. Clarke ‘2001: A Space Odyssey’ schreef.Dreaming_Walls

De plaats waar Leonard Cohen Janis Joplin tegen het lijf liep, wat resulteerde in een wilde avond én een wereldsong: ‘You were talking so brave and so sweet / givin’ me head, on the unmade bed / while the limousines wait in the street’.

Waar de hotel-kunstcollectie werken bevat van voormalige gasten als Yves Klein, Claes Oldenburg, Julian Schnabel, Jasper Johns, Robert Crumb, Willem de Kooning en vele, vele anderen.

Waar Dylan Thomas overleed, naargelang de bron aan een alcoholvergiftiging of aan een longontsteking.

Waar Madonna in de vroege jaren tachtig woonde.

Waarover Andy Warhol ‘Chelsea Girls’ draaide.

Waar Patti Smith en Robert Mapplethorpe graag en veel rondhingen.

Waar de meest uiteenlopende muzikanten nummers schreven, van Bob Dylan tot The Kills, en van Edith Piaf tot Nico.

Waar Sid Vicious vermoedelijk zijn vriendin Nancy Spungen doodstak, en in afwachting van zijn proces vervolgens ook zélf aan een overdosis de pijp uitging.

Al decennia lang een toevluchtsoord voor kunst, cultuur en tegencultuur. Een plaats waar

hippies, punks, beatniks en andere outsiders een artistieke vrijhaven vonden.

Dat iconisch gebouw wordt al enkele jaren grondig gerenoveerd – of zeg maar gerust: getransformeerd, of geruïneerd – tot een glad, zielloos luxehotel.
Tussen de kranen, het boren en de hamerslagen door verblijven echter nog een vijftigtal oude gasten, die hardnekkig nog de vrije spirit en de artistieke erfenis van het Continue reading “Art & Film: DREAMING WALLS – INSIDE THE CHELSEA HOTEL” »

Open Cinema: Art & Film #01: SATURNUS (Ludo Mich)

NSaturnusadat hij eind jaren 50 als 14-jarige snotneus Yves Klein had ontmoet, en nadat hij begin jaren ’60 Floris Jespers en Vic Gentils had geassisteerd, maakte Ludo Mich in de sixties zélf naam met wilde, kleurrijke en anarchistische performance art in de sfeer van Fluxus: nu eens bespeelde hij de zelfontworpen Michofoon, dan weer liep hij als ‘Mich Elektriek’ door de stad in een zilveren pak vol brandende lampen, zette hij zichzelf te koop voor een zacht prijsje, experimenteerde hij met elektronische muziek via foto-elektrische cellen of verzon hij de spraakmakende mode-happenings voor de kledingcollecties van zijn echtgenote, ontwerpster Ann Salens.

LudoMich_TeHurrWanneer hij zich eind jaren ’60 op het filmen stort, doet hij dat met dezelfde humor, overgave en vrije geest als in zijn performances.
Het levert een reeks undergroundfilms op waar de meeste critici zich destijds geen raad mee wisten: de ene is gechoqueerd (blote mensen!), de andere gedegouteerd (blote mensen met een hangbuik!) en nog anderen weten niet wat ervan te maken.
Maar ondertussen worden zijn films wel geselecteerd voor de Biënnale van Parijs, en getipt door Werner Herzog….

Eén van die films is ‘SATURNUS’, misschien wel zijn beste.
De film begint wanneer vanuit de ruimte rare geluiden worden opgepikt, en nog meer bizarre beelden…

OpenCinema_tag

Die signalen blijken afkomstig van een maan van de planeet Saturnus, waar een bonte bende personages leeft en in een onverstaanbare taal communiceert (al zal de goede luisteraar horen dat het om Lingala gaat).

Passeren de revue: een koning en koningin, een prins en prinses, een gladiator (vertolkt door Guillaume Bijl!), een dokter (óók vertolkt door Guillaume Bijl), bosjesvrouwen (o.a. Nicole Van Goethem, die enkele jaren later zelf een Oscar voor de Beste Animatiefilm Continue reading “Open Cinema: Art & Film #01: SATURNUS (Ludo Mich)” »

Art & Film: WHY WE FIGHT? (Mirjam Devriendt & Alain Platel)

Poster_Why_We_Fight

 

In zijn voorstelling ‘Nicht schlafen’ (2016) ging Les Ballets C de la B-choreograaf Alain Platel op zoek naar wat wij als mensen toch blijken hebben met al dat vechten en al dat geweld.

In het verlengde van die indrukwekkende choreografie (op de muziek van Mahler) heeft Platel nu samen met fotografe-videaste Mirjam Devriendt een film gemaakt die de vraag nog duidelijker stelt: ‘Why We Fight?’

Drie dansers uit de voorstelling vertellen over hun ervaringen met geweld, zowel fysiek als

psychologisch.
Hun observaties en opmerkingen worden afgewisseld met veel passages uit ‘Nicht Schlafen’, en met interventies van onder anderen kunstenares Berlinde De Bruyckere en filosofen Tinneke Beeckman en Philipp Blom.

Geleidelijk aan wordt duidelijk dat geweld vaak een uitlaatklep is voor ongenoegen dat niet op een andere manier geventileerd kan worden. En dat geweld onlosmakelijk deel Continue reading “Art & Film: WHY WE FIGHT? (Mirjam Devriendt & Alain Platel)” »

Afrika Filmfestival: PRISM (Eléonore Yameogo, An van Dienderen & Rosine Mbakam)

Prism

In ‘Lili’, de vorige film van An van Dienderen, legde ze de cinematraditie van de ‘China Girls’ bloot, vrouwen die gebruikt worden om – gezeten naast een kleurenkaart – de camera te kalibreren.

Die China Girls hadden één ding gemeen: ze hadden allemaal een porseleinwitte huid – yep, camera’s worden blijkbaar standaard afgestemd op een blanke huidskleur, wat ook nu nog allerlei problemen oplevert bij het filmen van mensen met andere huidskleuren.

In ‘PRISM’ borduurt van Dienderen voort op dit onderwerp, in de vorm van een filmische kettingbrief met collega-filmmakers Rosine Mbakam (uit Kameroen) en Eléonore Yameogo (uit Burkina Faso).

AfrikaFilmfestival

Begunstigt de camera de witte huidskleur? En zo ja: is filmische neutraliteit (laat staan objectiviteit) dan geen mythe?
Het zijn vragen waar de drie vanuit hun zeer uiteenlopende achtergrond en invalshoeken op hun eigen manier op ingaan, en  Continue reading “Afrika Filmfestival: PRISM (Eléonore Yameogo, An van Dienderen & Rosine Mbakam)” »

STAGING SILENCE (3) (Hans Op de Beeck)

‘STAGING SILENCE (3)’ is de derde en laatste van drie kunstfilms die Hans Op de Beeck volgens telkens hetzelfde principe maakte: in elk van de films zien we twee paar anonieme handen die in een mini-filmset van enkele vierkante meter decors, rekwisieten en landschappen opbouwen en weer afbreken.

In deze personageloze, imaginaire miniatuurwereld (als we een Perzische kat even niet

(c) Studio Hans Op de Beeck

(c) Studio Hans Op de Beeck

meetellen) beslissen de handen  als een soort Deus ex Machina over leven of dood, over bloei en verval van de plaats.

Het resultaat is een mysterieuze, speelse, droomachtige en melancholische film.

De soundtrack is gecomponeerd en ingespeeld door de Engelse artiest en componist  Continue reading “STAGING SILENCE (3) (Hans Op de Beeck)” »